maandag 21 mei 2007

Pinksteren op de Veluwe


Pinksteren op de Veluwe
Het pinksterweekend heb ik Buck weer eens de zadeltassen opgelegd en ben 3 dagen over de Veluwe getrokken.
Het was van dat twijfelweer. De berichten waren niet best en bij mij de twijfel, zal ik gaan of niet. Nu vind ik een bui niet erg, naar 3 dagen alles kleddernat, daar kies ik niet echt voor. Vrijdagavond, na nogmaals op de weerkaart kijken en positieve duwtjes van anderen, stond mijn barometer op gaan. Tassen inpakken en zaterdagmorgen om 8 uur naar Nunspeet. Startplaats bij Joan en Wouter. Daar kan ik mooi mijn trailer kwijt en een kop koffie om te beginnen. Daar aangekomen besluit Joan, met haar quarter, die dag mee te gaan en komt Wouter haar weer met de trailer in Epe ophalen. Gezellig.
Het is precies een jaar geleden dat Buck voor het laatst de tassen heeft opgehad, maar hij vindt het doodnormaal dat ik weer met dat spul begin te stouwen. De routine van het opzadelen zit er na een jaar nog steeds goed in. Ik pik het zo weer op Alles heeft weer zijn eigen plekje in de tassen en vervolgens op Buck z`n rug. Belangrijk is dat het gewicht , links en rechts, gelijk is. Het zit weer als een huis.
We gaan naar Epe een rit van ongeveer 5 uur.Het is droog en eigenlijk gewoon lekker weer. Het is stil op de Veluwe. Buck is over z`n winterdip van hoesten, slechte conditie heen en heeft er zin in. Hij stapt stevig door, af en toe draven we en zelfs een galop gaat prima met de bepakking. Na een paar uur heeft Zippo(quarter) moeite om zijn tempo te volgen (later blijkt dat ie een drukking heeft). Het paardje is pas 5 en nog aardig groen in de buitenwereld. Ook Zippo is koel en aan de hand van ome Buck leert ie af te rekenen met alle gevaren die nog op hem loeren Het doet me deugt dat Buck weer de oude is.
In Epe heb ik onderdak op boerderij/minicamping Jagtlust. Ik ben er al eerder geweest en boer Henk staat ons al op te wachten. Het is daar gezellig rommelig en Henk doet erg z`n best om het iedereen naar de zin te maken. Een adres om aan te bevelen.
Joan gaat naar huis en ik pak met Henk op een bankje een wijntje in de avondzon en we kleppen zo een uurtje. Daarna eten, nog een rondje langs de paarden en om 10 uur, kruip ik in mijn tent en lig ik plat. Ook dat gaat me weer heel makkelijk af. Thuis ben ik niet voor 24.00 naar bed te branden en hier slaap ik om 22.00. in 1 ruk tot de volgende morgen. Een bijzonder fenomeen.
De volgende morgen om 8.00 gaat mijn wekker en prompt begint het ook zachtjes te regenen.. Alsof dit zo was afgesproken. Nou, in ieder geval niet met mij. Gelukkig zet het niet echt door. Ik geef eerst Buck eten, want die had ik binnen gezet vanwege de dazen die er al zijn.
Vervolgens zelf eten, een natte tent inpakken, een kop koffie bij Henk en opzadelen. Dat gebeurt onder toezicht van alle campinggasten, want dit kennen ze nog niet. Een Argentijns paard met volle bepakking. Ik had er natuurlijk wel eerst een mooi verhaal omheen gebouwd.
In een miezerregentje ga ik naar Vaassen, mijn volgende stop. Niet zomaar gekozen, want mijn schoonmoeder woont daar en gegarandeerd een lekkere hap eten `s avonds.
Na 1½ uur rijden wordt het droog en breekt zowaar de zon door. De regenjas kan uit en waar iedereen opeens vandaan komt weet ik niet , maar overal zie je opeens, fietsers, wandelaars en natuurlijk paarden. Veel spanpaarden ook. Na 3 uur hou ik pauze bij een pluk gras voor Buck. Al snel stopt er ook een 2 span Friezen voor de kar en een echtpaar erop en hond ernaast. De koffie komt te voorschijn en het is al vlot heel gezellig.
Veel mensen vinden het raar dat ik nog weleens alleen rij en dan vooral meerdaagse tochten. Ik heb er absoluut geen problemen mee. Ik ben een mijmeraar, kan enorm genieten van de natuur om me heen. Ik ben er ook van overtuigd dat ik veel meer zie en geniet als ik alleen ben.

Zal een paard ook mijmeren, vraag ik me nu dan af. Er moet toch iets omgaan in zo’n hoofd. Buck kan wel af en toe nieuwsgierig stoppen en kijken naar iets wat hem interesseert en vervolgens weer rustig doorlopen.. Wat weet ik dan niet, maar het is duidelijk nieuwsgierigheid en daar moet ie toch iets bij denken. Er zit geen spanning in de stop zoals een stop voor enge beesten, dingen die om de hoek liggen. Wat dat laatste betreft vind ik paarden maar domme beesten. Zo’n groot en sterk beest, ze hebben al tijden geen natuurlijke vijanden meer en nog steeds zit die angst er in gebakken.. Joan zegt vaak; zo’n groot hoofd, hadden ze daar niet een klein beetje meer hersens in kunnen stoppen. De genen groeien in ieder geval niet met de tijd mee. In feite is de mens de enige natuurlijke vijand, alhoewel daar ook niet veel natuurlijks meer aan zit.

Als je alleen rijdt heb je ook veel sneller aanspraak, want ik heb wel in de gaten dat je opvalt als je zo met volle bepakking rond rijdt en toch de nieuwsgierigheid van de mensen prikkelt.
Het werkt ook wel andersom. Als je alleen bent stap je ook sneller op mensen af.
Als ik pauze hou, hoef ik Buck niet meer aan te lijnen. Ik kan hem gewoon los laten lopen, zonder dat ie weg loopt. Ik ben er ook absoluut niet bang voor dat ie dat doet.
Waarom zou ie, want op dat moment is daar het eten.
Op weg naar Vaassen raak ik door gebrek aan een goede kaart een tikkeltje aan het dwalen. Ik wordt door welwillende mensen van het kastje naar de muur gestuurd. Gelukkig kom ik 2 ruiters tegen die een stukje met me oprijden en dan is het niet ver meer. Al met al zit ik toch alweer zo`n 6 uur in het zadel en Buck begint zijn paardenmaatje te missen. Hij hinnikt naar alles wat maar op een paard lijkt. Hij is blij als we op de plaatselijke manege zijn. al heeft ie dan geen direct contact, de aanwezigheid van andere paarden en een weide is al snel goed voor hem.
Dag 3 gaat weer terug naar Nunspeet. Na een uurtje rijden moet de jas aan en de hoed op, want het gaat regenen. Het is geen vervelende regen. Het is een rustige bui en valt, door gebrek aan wind, recht naar beneden . Daar kun je je goed tegen kleden. Deze bui gaat wel de rest van de dag door en daardoor is er verder ook geen sterveling meer te zien. Halverwege passeer ik de Gortelse heide en loop daar tegen een herder met zijn kudde aan. Een prachtig gezicht. Ik stap af en, samen met de herder, eet ik mijn boterhammetje en hebben we genoeg te kletsen over onze passie. Buck sluit zich aan bij de grazers en volgens mij hebben die het nergens over. Na een half uur stap ik weer op en ga verder. Na een paar honderd meter kijk ik nog eens om en de herder zwaait nog even.Ik zwaai terug en weet dat dit weekend niet meer stuk kan.

Groeten,

Paul

Geen opmerkingen: